Dwangmedicatie

Dwangmedicatie

KC21-026 03 oktober 2021

Uitspraak onafhankelijke klachtencommissie Wvggz Gelderland Midden en Zuid

 

Inzake : klager
Klachtnummer : KC21-026
Instelling : Pro Persona
Datum ontvangst klacht : 21 september 2021
Schorsingsbesluit : gehonoreerd
Hoorzitting : 28 september 2021 (digitale conferentie Starleaf)
Datum uitspraak : 4 oktober 2021

 

 

Aanwezig bij de hoorzitting

[klager] (klager)

[PVP] (PVP)

 

[verweerder] (verweerder)

[begeleider] (begeleider)

 

[voorzitter] (voorzitter klachtencommissie)

[lid 1] (psychiater)  `

[lid 2] (lid)

 

[ambtelijk secretaris] (ambtelijk secretaris Wvggz klachtencommissie)

 

 

Juridische status

Zorgmachtiging

 

Klacht

Wijziging medicatie naar depot paliperidon

 

Procesverloop

De klachtencommissie heeft op 21 september 2021 een klacht ontvangen inzake wijziging van de medicatie als onderdeel van de verplichte zorg. Op 22 september zijn partijen telefonisch geïnformeerd over de behandeling van de klacht en uitgenodigd voor de hoorzitting. De schriftelijke bevestiging hiervan is verstuurd op 23 september 2021. Het verweer is op 24 september per mail naar betrokkenen gezonden.     

De hoorzitting heeft plaatsgevonden op 28 september 2021 middels videoconferentie. Bij die gelegenheid hebben partijen hun standpunt kunnen toelichten. Op 29 september zijn partijen schriftelijk geïnformeerd over het besluit van de commissie in deze klacht. De volledige uitspraak is op 4 oktober 2021 naar partijen gezonden worden.    

 

De klachtencommissie heeft inzage gehad in de volgende stukken:

-           Ingediende klacht;

-           Klaagschrift PVP;

-           Verweerschrift;

-           Beslissing verplichte zorg d.d. 18-6-2021 en 19-7-2021;

-           Bevindingen GD d.d. 13-9-2021;

-           Zorgplan d.d. 1-9-2021, 22-9-2020 en 24-8-2021;

-           Product 23, Informatiebrief VZ d.d. 22-2-2021 en 21-6-2021;

-          Informatie verplichte zorg d.d. 19-7-2021;

-           Zorgkaart d.d. 1-9-2021;

-           Second opinion d.d. 14-9-2021;

-           Zorgmachtiging d.d. 19-10-2020;

-           Decursus periode 23-6-2021 t/m 23-9-2021;

-           Rapportage verpleegkundige periode 23-6-2021 t/m 23-9-2021.

 

 

Termijn

Het klaagschrift bevat een klacht tegen verplichte medicatie als omschreven in artikel 10:3 Wvggz. Deze klacht heeft betrekking op een beslissing waarvan het gevolg actueel is. Om die reden ziet de klachtencommissie zich gehouden binnen twee weken na ontvangst van het klachtenformulier een schriftelijke en gemotiveerde beslissing te nemen. Deze termijn loopt af op 4 oktober 2021.

 

Feiten

Klager is een 47-jarige man bekend met chronische psychoses met angststoornissen en impulsieve impulsdoorbraken. Er is sprake van een lange historie in de psychiatrie met diverse opnames. Er hebben verschillende suïcidale incidenten plaatsgevonden in het verleden en er bestaat risico op ernstige agressie.

Op 19 oktober 2020 is een zorgmachtiging afgegeven voor de duur van 12 maanden waarbij medicatie onderdeel vormt van de verplichte zorg. 

 

Standpunten van partijen

Klager wil geen depot met paliperidon. Hij heeft veel last van bijwerkingen. Ligt alleen maar in bed en ervaart minder kwaliteit van leven door seksuele functiestoornissen die deze medicatie veroorzaakt. Klager geeft aan op zoek te zijn naar liefde en ervaart de medicatie als een dwangbuis. Klager geeft aan dat hij ziekte-inzicht heeft. Hij weet dat hij zijn hele leven anti psychotische medicatie en zorg nodig zal hebben. Hij is bereid om medicatie in te nemen maar wil hiervoor eerst de goede omgeving, waar hij rust ervaart, en met de goede therapeutische behandeling daarbij. Klager wil zich erg inzetten voor zijn eigen welbevinden maar paliperidon ervaart hij als te beperkend. Hij is ook bang om allerlei pillen door elkaar te krijgen en de grip hierop te verliezen. Klager wil graag een lijst van zijn medicatie.  

Klager ziet zichzelf als een holbewoner. Hij leeft erg teruggetrokken en heeft veel last van angststoornissen. Hij kan geen normale sociale contacten aangaan. De behandeling die hij krijgt bij Pro Persona is niet passend voor hem aldus klager.

Verweerder vertelt dat er in de dagen voor de hoorzitting een opening leek te zijn bij klager voor gesprekken over inzet van een alternatief depot. Dit was ook het geval tijdens de recente gesprekken over verlenging van de zorgmachtiging. Tijdens de zitting geeft klager echter aan dat hij alleen bereid is om orale medicatie in te nemen.

Verweerder is echter van mening dat hij klager niet kan instellen op een werkende dosering anti psychotica middels orale medicatie. ‘In mijn ogen ontkomen we niet aan depot. Wel kunnen we het gesprek aan over welk middel dat zou moeten zijn’, aldus verweerder. Er werd aan Xeplion gedacht omdat dit eerder een stabiliserende werking had in de [locatie]. Verweerder geeft aan dat hij klager niet eerder zo heeft horen klagen over de seksuele bijwerkingen en passiviteit die dit middel bij hem veroorzaakt. Het idee was dat klager bij voldoende stabiliteit over zou kunnen stappen op een ander depot. Er hoeft dan slechts eenmaal per kwartaal geïnjecteerd te worden.

 

Op een vraag van de commissie antwoordt klager dat hij goede ervaringen heeft met EMDR en alternatieve behandelingen. Hij wil graag behandeld worden met behoud van kwaliteit van leven. Klager vertelt dat hij 2 weken geleden is weggelopen. Hij heeft iedereen gebeld en om hulp gesmeekt voor een andere omgeving waar hij zijn rust zou krijgen. Dat is helaas niet gelukt.

 

Klager zou graag overgeplaatst worden naar Limburg. Hiervoor zijn gesprekken gaande. De motivatie hiervoor is dat hij alles achter zich kan laten en een andere, nieuwe behandeling kan starten. Hij raakt erg overprikkeld in de huidige omgeving. ‘Ik ben altijd bang’ aldus klager.

Verweerder acht de kans op overplaatsing naar Limburg klein en adviseert klager om gebruik te maken van de Kliniek Intensieve Behandeling. Dit wordt vaak met goede resultaten ingezet bij een verstoorde behandelrelatie. Verweerder zou dat willen combineren met een advies van het CCE.

Op vragen over zijn suïcide pogingen licht klager toe dat de suïcides met name veroorzaakt worden door uitputting van opnames en contact met mensen. ‘Ik doe alsof ik vrolijk ben maar ik leef compleet teruggetrokken’ aldus klager. Hij ervaart psychische en lichamelijke klachten zoals bewegingsstoornissen en gebitsproblemen door tandenknarsen. Hij is al meerdere jaren opgenomen bij Pro Persona en ziet alleen deze behandelaar. Klager vindt dat behandelaar onvoldoende bekend is met zijn verhaal. Hij wil niet dood. Hij wil behandeld worden maar niet leven zoals nu het geval is. Wat hij nodig heeft om zijn doelen te bereiken is een rustige omgeving en een stillere kamer. Dan verdwijnt zijn agressie. Ook zou hij, naast medicatie, een psycholoog en psychiater willen voor gesprekken en traumabehandeling. 

In [locatie] heeft klager een periode Clozapine geslikt. Ook daarvan had hij veel bijwerkingen zoals depressiviteit, energieverlies en kwijlen. Dit is daarom geen optie meer voor hem.

Verweerder vult aan dat klager bij voortduring moeite moet doen om het leven vol te houden. Bij heropname op [afdeling] heeft klager ook expliciet benoemd dat hij zichzelf iets zou aandoen als hij depot zou krijgen. Om die reden heeft verweerder een second opinion aangevraagd.

Verweerder vindt het lastig om bij klager de bijwerkingen te objectiveren. Er is gekozen voor een ‘slik of prik-beleid’. Onder die voorwaarde neemt klager de medicatie trouw in. Er is dus nog geen depot paliperidon toegediend in afwachting van de klachtbehandeling. Zonder depot zou de opname onredelijk lang duren. Klager moet zo spoedig als mogelijk geresocialiseerd worden. De [afdeling] is geen ideale setting voor klager maar er moet wel voldoende medicatietrouw zijn en voldoende professionele ondersteuning om cliënt met ontslag te laten gaan zo licht verweerder toe.       

 

Verweerder erkent dat de therapeutische behandeling door de focus op medicatie enigszins in het gedrang komt. Wensen van klager in dit kader zijn wel bekend. Bij de vorige opname op de [afdeling] zijn gesprekken gestart met een psycholoog en een begin gemaakt met EMDR behandeling ambulant. Bij deze hernieuwde opname is vooral de noodzaak aanwezig om cliënt te stabiliseren zodat er gesprekken mogelijk zijn en klager niet verder ontregelt. Een goede bloedspiegel is hiervoor nodig. Orale medicatie is daarom een gepasseerd station aldus verweerder. Hij is van mening dat dit ook geldt voor de klinische setting omdat er sprake is van groepsontregelend gedrag en vrijheden met maatschappelijke overlast buiten de afdeling. 

 

Op een vraag van de voorzitter over de gevraagde schadevergoeding antwoordt klager dat hij door de opname en het beleid achteruit is gegaan. Hij heeft er erg door geleden. Ook wil hij een vergoeding voor herstel van zijn gebit.

 

BEVINDINGEN VAN DE COMMISSIE

 

Ontvankelijkheid klacht en bevoegdheid commissie

Artikel 2:1 Wvggz bepaalt dat bij alle fases ten aanzien van verplichte zorg beoordeeld dient te worden of deze zorg voldoet aan de eisen van proportionaliteit, subsidiariteit, doelmatigheid en (patiënt) veiligheid. Deze beginselen brengen mee dat het voorkomen van dwang centraal staat. Eerst zullen alle alternatieven die op vrijwilligheid gebaseerd zijn volledig moeten worden benut, voordat dwang kan worden overwogen. Dwang (verplichte zorg) kan aldus alleen in uiterste nood worden ingezet.

 

Gronden en overwegingen

Gelet op de ingebrachte stukken, de inhoud van de dossierstukken en het verhandelde ter zitting komt de klachtcommissie tot de volgende overwegingen.

Artikel 8:9 Wvggz bepaalt dat de zorgverantwoordelijke ter uitvoering van de (voortgezette) crisismaatregel en ter uitvoering van de zorgmachtiging een beslissing tot het verlenen van verplichte zorg niet neemt, dan nadat hij:

  1. zich op de hoogte heeft gesteld van de actuele gezondheidstoestand van betrokkene,
  2. met betrokkene over de voorgenomen beslissing overleg heeft gevoerd, en
  3. voor zover hij geen psychiater is, hierover overeenstemming heeft bereikt met de geneesheer-directeur.

 

Allereerst en meer in het algemeen overweegt de commissie dat verplichte zorg bij psychiatrische patiënten een ernstige inbreuk is op hun persoonlijke levenssfeer en/of lichamelijke integriteit. Deze inbreuk dient dan ook met de nodige waarborgen omkleed te zijn. Daarom worden er zowel op juridisch als op medisch gebied eisen gesteld aan het mogen toepassen van verplichte zorg. Op juridisch gebied moet verplichte zorg voldoen aan de gronden van de Wvggz en aan vormvoorschriften als vastlegging van het zorgplan en het uitreiken van een voldoende gemotiveerde schriftelijke kennisgeving van de verplichte zorg.

 

Klager is een 47 jarige man, bekend met beperkingen met chronische psychosen, schizofrenie, depressie, persoonlijkheidsproblematiek, ADHD, suïcidale incidenten en ernstige agressie incidenten. Klager heeft een zeer langdurige, complexe en met veel agressie incidenten gepaard gaande voorgeschiedenis, met herhaalde dwangopnames en uithuisplaatsingen naar een verhoogd beveiligingsniveau [instellingen]. Klager is nu opgenomen bij Pro Persona op de [afdeling].

 

Op 19 oktober 2020 is een zorgmachtiging afgegeven voor klager voor de duur van 12 maanden. Het toedienen van medicatie vormt onderdeel van de verplichte zorg.

 

Klager klaagt over de wijziging van de medicatie naar een depot (inspuiting) van paliperidon, in verband met de ernstige bijwerkingen zoals passiviteit en seksuele beperkingen. Verder wil klager een schorsing van het besluit en verzoekt om schadevergoeding.

 

Verweerder geeft aan dat de medicatie noodzakelijk is om klager te laten stabiliseren. Verweerder wil met zijn behandeling de klinische opname zo kort mogelijk laten duren zodat klager overgeplaatst kan worden of met begeleiding zelfstandig kan wonen. Daarvoor is nodig dat klager eerst stabiliseert in zijn gedrag, wat mogelijk is met dit depot. Verweerder geeft aan dat hij de bijwerkingen zoals klager aangeeft niet heeft kunnen objectiveren. Verder geeft verweerder aan dat het depot paliperidon de mogelijkheid geeft om over te gaan naar het medicijn Trevicta dat 3-maandelijks geïnjecteerd kan worden. Een mogelijkheid om zelfstandig, met begeleiding, te kunnen wonen komt zo in zicht.

 

De commissie ziet dat depot antipsychotica de meest doelmatige behandeling is om het gedrag van klager te stabiliseren. Dit is nodig om andere vormen van therapeutische behandeling effectief te laten zijn. Orale medicatie is, gezien de gedragingen van klager, geen optie.

Wel adviseert de commissie om samen met klager te zoeken naar alternatieven voor het paliperidon depot gezien de ernstige bijwerkingen die klager ervan ervaart.

 

Uitspraak

De klachtencommissie verklaart de klacht ongegrond.

 

De commissie heeft de schorsing toegekend tot aan de hoorzitting en heft deze schorsing bij deze uitspraak op.

 

Nu de klacht ongegrond is verklaard, is schadevergoeding niet aan de orde.

 

Beroep

Klager, vertegenwoordiger of de zorgaanbieder kan door middel van een schriftelijk en gemotiveerd verzoekschrift bij de Rechtbank Gelderland beroep instellen tegen onderhavige uitspraak van de klachtencommissie. De termijn voor het indienen van een verzoekschrift bedraagt zes weken na de dag waarop de beslissing van de klachtencommissie aan de betrokkene is meegedeeld.

 

 

Aldus besloten te Wolfheze, 4 oktober 2021

namens de Wvggz klachtencommissie,

i/o

 

[voorzitter]

Voorzitter Wvggz Klachtencommissie

Aantal bladzijden: 5